Nieuwe verkeersregels vanaf 01/10/2022

1. De “middenrijbaan”.

De middenrijbaan is een centrale rijbaan met een rijstrook voor gemotoriseerd verkeer, afgebakend door twee zijdelingse stroken voor kwetsbare weggebruikers zoals fietsers, bromfietsers en voetgangers. De breedte van de middelste rijstrook laat niet toe dat twee voertuigen elkaar kruisen. Zij mogen de zijdelingse stroken gebruiken bij het kruisen, zonder voetgangers en fietsers in gevaar te brengen.

De “zijstrook” is geen fietspad, maar maakt ook geen deel uit van de rijbaan. De fietsers moeten die zijstrook wel gebruiken.

2. Gebruikers van speed pedelecs mogen voortaan ook door het rode licht rijden als er verkeersborden B22 of B23 staan.

Let op hierbij moeten ze wel voorrang verlenen en de gele pijl volgen die op het verkeersbord staat. Bromfietsers klasse A vallen hier niet onder en moeten altijd stoppen voor het rode licht.

3. Voortaan mogen speed pedelecs ook rijden op fietspaden aangeduid met een verkeersbord D9.

Dit was reeds het geval voor bromfietsen klasse A. Als de maximumsnelheid 50 km/u of minder is, is dat een recht, maar geen verplichting. Als de snelheidslimiet hoger is, is het een verplichting om het fietspad te volgen.

4. Een nieuw verkeersbord (E9j) wordt ingevoerd.

Het laat toe om op eenzelfde parkeerplaats het parkeren afwisselend in de tijd voor te behouden voor verschillende categorieën van voertuigen (bv. fietsen van 7u30 tot 18u en auto’s van 18u tot 7u30.)

5. Een nieuw verkeersbord (A50) waarschuwt voor file.

Het werd al gebruikt op dynamische borden op ringwegen en autosnelwegen. Het maakt deel uit van een reeks nieuwe verkeersborden.

6. Het gebruik van geel-oranje richtingaanwijzers is nu toegelaten voor fietsen.

Die waren vroeger verboden door artikel 29 van de wegcode. De fietser moet niettemin met een armgebaar wel aangeven dat hij van richting wil veranderen.

7. De definitie van velomobiel en ligfiets wordt opgenomen in de wegcode.

Bij snelheidsregimes van 50 km/u en minder mogen ze op de rijbaan rijden, zelfs wanneer er een fietspad of D10 is (de gewone fietsers moeten op het fietspad of de D10 blijven).

8. Elektrische of hybride voertuigen die parkeren op een plaats met een oplaadpunt moeten verplicht aangesloten zijn.

Een elektrisch of hybride elektrisch voertuig dat geparkeerd staat op een plaats voorzien om op te laden (aangeduid door een onderbord), moet verplicht aan de laadpaal gekoppeld zijn. Het parkeren is beperkt tot de duur van het opladen.